Interview met Kevin

Van jongs af aan had hij sterk het gevoel dat hij het anders zou doen. “Als kind was ik gefascineerd door hoe mijn omgeving in elkaar zat,” vertelt hij. “Ik dacht altijd dat ik dingen kon verbeteren.”

Na het Vwo ging hij rechten studeren, maar na een half jaar kwam hij erachter dat zijn hart daar niet lag. Kevin maakte de overstap naar vastgoedkunde. Helaas, studeerde hij precies af in de crisis. De bouw was ingestort en de banen lagen niet voor het oprapen. Kevin begon als WOZ-taxateur. “In de zomer moest ik voor gemeenten bij mensen controleren of alles nog overeenkwam met de gegevens die zij hadden. Ik moest dan ook vaak over de schutting in achtertuinen gaan kijken. Kan je je voorstellen hoe ongemakkelijk dat was?” vraagt hij lachend. “Ik vond het vreselijk, maar ik heb wel veel over de waardebepaling van huizen geleerd.”

Daarna nam hij het beheer van verschillende appartementencomplexen onder zijn hoede als VvE-Manager. “Ook geen gezellige functie,” concludeert hij. “Het grappige is dat ik al eerder bij van Rhijn Bouw op de functie projectontwikkelaar had gesolliciteerd,” gaat hij verder. “Ik wilde heel graag in projectontwikkeling werken, maar helaas werd ik niet uitgenodigd voor een gesprek.” Een half jaar later kreeg hij een herkansing en werd hij aangenomen. “Projectonwikkeling was altijd al mijn droom en die kon ik nu eindelijk waarmaken.” Hij is nog steeds dankbaar voor de kans die hij gekregen heeft. “Ze moeten het maar aandurven met iemand zonder ervaring,” zegt hij erover. “Op mijn eerste werkdag werd ik gelijk meegenomen naar alle projecten. Ik voelde me vanaf dag één betrokken.”

Ondertussen heeft Kevin de nodige ontwikkel ervaring op zijn naam staan. Een van zijn uitdagendste projecten ontwikkelt hij op dit moment; De Premier in Leiden. “Ik vind het echt gaaf dat ik aan zo’n indrukwekkend groen gebouw mag werken,” vindt hij. In het begin van zijn carrière vond hij grote bedragen en grote belangen spannend. “Daar heb ik door de jaren heen echt mee om leren gaan.”

Het leukste aan zijn werk vindt hij dat je helpt iets te creëren wat er over 50 tot 100 jaar nog staat. Door van te voren goed na te denken over een gebied kan er waarde aan de omgeving worden toegevoegd. Dat hij er mensen gelukkig mee maakt vindt hij mooi aan zijn werk. “Je draagt bij aan een woonbeleving en zorgt voor een (t)huis voor mensen. Zo kan ik echt iets betekenen voor de samenleving.” Dat zijn werk langzaam verandert, is vindt hij juist uitdagend. “Door o.a. veranderende regelgeving en beperkte onbebouwde stukken grond moet je goed nadenken over bijvoorbeeld meervoudig ruimtegebruik. Dat zijn vraagstukken waar ik me graag in vastbijt.”

De sfeer op kantoor omschrijft Kevin als familiair en informeel. Je kan bij iedereen naar binnenstappen en collega’s helpen elkaar. “De sfeer onder collega’s is goed. We zijn allemaal verschillend, maar we passen toch goed bij elkaar en werken graag samen,” licht hij toe.